Oefening 13: één keer laten stuiteren

Personen:

• 2 spelers

Uitleg oefening:

Je begint met twee mensen die tegelijk werken met één kaatser en één gooier tijdens de oefening. De gooier begint met de bal in zijn handen. De gooier die stuitert de bal één keer tussen de eerste twee dopjes. De kaatser speelt de bal pas nadat de bal één keer heeft gestuiterd. De kaatser speelt de bal uit de lucht met zijn voorste been binnenkant voet in de handen van de gooier. De kaatser is constant bezig op zijn voorvoeten en als je op het einde bent dan wissel je van been. Je kan hierin diversiteit aanbieden door de ballen strakker aan te spelen of door de afstand te vergroten tussen de spelers.

Stap 1: Start tegen over elkaar met één gooier en één kaatser.

Stap 2: De gooier begint de bal met één stuit te gooien tussen de eerste twee dopjes.

Stap 3: De kaatser blijft op zijn voorvoeten tijdens het spelen van de bal.

Stap 4: De kaatser laat de bal één keer stuiteren tussen de dopjes.

Stap 5: De kaatser speelt de bal terug uit de lucht met zijn voorste been binnenkant voet.

Stap 6: De kaatser speekt de bal terug in de handen van de gooier.

Stap 7: Je wisselt aan het einde van been en keert vervolgens weer terug,

Stap 8: Je wisselt van functie.

#Probeer de stuit van de bal goed in te schatten en de bal te raken terwijl die in zijn daling zit naar de grond toe.

Waar is dit goed voor?

Techniek is de basis van iedere voetballer. Het is belangrijk om op technische gebied de bal zo vaak mogelijk aan te raken. De baas worden over de bal is van groot belang, hierdoor wordt het voetballen makkelijker. Je kan zo meer focus leggen op andere dingen in het veld dan alleen de bal. Je verbetert door deze oefeningen, controle over de bal, voetenwerk met bal en bewegingssnelheid met bal. De kracht zit hem vooral in het blijven herhalen en oefenen, om jou vaardigheden te verbeteren.

Benodigdheden:

• 8 dopjes (willekeurige kleuren)
• Een voetbal